ZZP VS UITZENDKRACHT
EINDELIJK - VOLLEDIGE HANDHAVING OP SCHIJNZELFSTANDIGHEID
Handhaving schijnzelfstandigheid
Met de handhaving op schijnzelfstandigheid vanaf 2025, waarbij de Belastingdienst gaat controleren en naheffingen kan opleggen, komt er een einde aan het moratorium dat opdrachtgevers in bepaalde sectoren beschermde. De nieuwe handhaving is vooral van belang in sectoren met veel flexibele arbeidskrachten. Ondernemers actief in deze branche lopen dus het risico dat zzp’ers die niet voldoende zelfstandig opereren, als werknemers worden gezien. Wat kan er gebeuren?
- Naheffingen en premies: Opdrachtgevers die zzp’ers feitelijk als werknemers behandelen, kunnen verplicht worden alsnog sociale premies en belastingen af te dragen, zoals voor reguliere werknemers.
- Boetes en juridische complicaties: De Belastingdienst kan bij overtredingen boetes opleggen en aanvullende administratieve verplichtingen eisen, wat de nalevingslast voor opdrachtgevers verder vergroot.
Praktijkvoorbeeld, zoals omschreven door de Belastingdienst en verstrekt aan alle uitzenders die met flexibele krachten werken.
Op locatie X werken tijdens een evenement drie 20-jarige medewerkers: A, B en C. Zij zijn verantwoordelijk voor de bar.
- A is zzp’er en wordt rechtstreeks ingehuurd door de locatie.
- B is ook zzp’er, maar ingehuurd via een platform of uitzendbureau.
- C is een uitzendkracht met een contract via een uitzendbureau.
Locatie X (de opdrachtgever) heeft vooraf de begin- en eindtijden en pauzes vastgelegd. Een eventmanager op locatie begeleidt de drie medewerkers en geeft opdrachten en instructies, zoals het schoonhouden van de bar. Omdat ze allemaal vergelijkbare ervaring hebben en dezelfde witte overhemden dragen, kan de manager niet zien wie de zzp’er is en wie de uitzendkracht. Aan het einde van de shift geeft de manager aan dat de drie barmedewerkers klaar zijn en naar huis mogen.
Conclusie: A en B zijn geen zzp’ers en zullen onder contract moeten worden gebracht. Opdrachtgevers moeten rekening houden met de WAB-regels, pensioenverplichtingen, premies en de relevante cao’s.
Bij Piekfijn werken we sinds 2014 met een helder contractmodel om risico’s rondom schijnzelfstandigheid te vermijden. Vanaf de start in 2014 hebben we het overgrote deel van onze medewerkers onder contract, en in 2019 hebben we dit naar 100% gebracht.
Met een uitzendovereenkomst hebben onze medewerkers:
- Inkomstenzekerheid en werknemersrechten: Ze zijn officieel in dienst, wat betekent dat ze sociale zekerheid opbouwen en rechten hebben zoals reguliere werknemers.
- Pensioenopbouw: Medewerkers bouwen pensioen op via het StiPP-pensioenfonds, wat zorgt voor financiële zekerheid op de lange termijn.
- Vakantiedagen en vakantiegeld: Ze hebben recht op minimaal 25 vakantiedagen per jaar en ontvangen 8% vakantiebijslag over hun bruto jaarsalaris.
- Overwerktoeslagen: Voor overuren gelden toeslagen conform de inlenersbeloning, wat betekent dat medewerkers eerlijk worden beloond voor extra gewerkte uren.
- Toegang tot scholing en ontwikkeling: Via de ABU-cao hebben medewerkers toegang tot scholingsmogelijkheden, wat hun inzetbaarheid en carrièreperspectieven vergroot.
Voor opdrachtgevers betekent dit dat ze geen risico lopen op naheffingen of boetes, omdat de contracten volledig voldoen aan de huidige wetgeving. Piekfijn biedt bovendien de mogelijkheid om medewerkers op te nemen in ons bestand, waardoor wij de volledige werkgeversverplichtingen op ons nemen en de administratieve last bij de opdrachtgever wegnemen.
Een Transparante Toekomst voor Flexibele Arbeid
De aangescherpte handhaving op schijnzelfstandigheid markeert een duidelijke verschuiving richting eerlijke en transparante arbeidsrelaties in de horeca- en evenementenbranche. De afgelopen jaren zorgde de wisselende aanpak rond handhaving voor een ongelijk speelveld. Waar sommige bureaus en platformen zonder problemen met schijnzelfstandigen werkten, moesten anderen verplicht alle sociale premies en werkgeverslasten afdragen. Dit leidde tot een prijsverschil van meer dan 30% tussen organisaties die werkten met flexwerkers onder contract en degenen die schijnzelfstandigen inzetten.
Daarnaast bestaat er een duidelijk verschil in belastingdruk. Werknemers dragen belasting en premies af over hun volledige brutoloon en bouwen sociale zekerheden op. Zzp’ers daarentegen profiteren van diverse belastingvoordelen, zoals de zelfstandigenaftrek, MKB-winstvrijstelling en btw-vrijstelling bij een relatief lage omzet. Dit zijn voordelen die oorspronkelijk bedoeld zijn voor echte ondernemers die ondernemersrisico’s dragen, niet voor tijdelijke arbeidskrachten die regelmatig voor dezelfde opdrachtgever werken zonder dat ondernemersrisico te ervaren.
Door de nieuwe handhaving komt er meer balans. Vanaf 2025 gelden er weer uniforme regels: medewerkers die werken als werknemer worden ook als werknemer behandeld, ongeacht de contractvorm. Dit sluit beter aan op de oorspronkelijke opzet van de belastingvoordelen voor zelfstandigen, die niet bedoeld zijn voor flexibele krachten zonder daadwerkelijke ondernemersverantwoordelijkheid. Tegelijkertijd wordt de arbeidsmarkt transparanter en eerlijker voor alle betrokkenen, zowel werkgevers als werknemers. Dit biedt medewerkers betere zekerheden, zoals pensioenopbouw en recht op sociale voorzieningen, en creëert een gelijk speelveld voor alle aanbieders en opdrachtgevers in de markt.
Met de terugkeer naar een uniforme handhaving kunnen werkgevers vertrouwen op heldere, transparante regels en wordt de sector eerlijker en duurzamer ingericht.
Interesse in een samenwerking? Stuur ons een mailtje naar planning@piekfijn.nl.